Hoe gaat u om met regressie?

Wat gebeurt er? Uw kind had het allemaal zo goed begrepen en nu kan hij het plotseling niet meer? Regressief gedrag is altijd beangstigend. Zoveel werk en tijd en ineens is alles om zeep en moet u opnieuw beginnen. In feite herbegint u niet van nul. Zelfs indien u het oefenen moet hervatten, toch weet u al hoe u het moet aanpakken, wat werkt en niet werkt, enz. U bent al heel wat opgeschoten. Bovendien is de regressie wellicht maar tijdelijk.

Probeer te achterhalen waardoor de regressie wordt veroorzaakt, laat u niet ontmoedigen en doe het nodige om hier doorheen te geraken. In uw zoektocht naar de oorzaak van de terugval kan u zichzelf volgende vragen stellen:

Is er iets veranderd voor uw kind?

In de situatie waarin het oefenen plaatsvindt of in het verloop ervan?
Is er iets belangrijks gebeurd? (Een verhuizing, verandering van school, van begeleider)
Vindt zijn lievelingsactiviteit op een andere dag plaats?
Is er een detail veranderd? (Is een meubelstuk of een voorwerp in zijn omgeving van plaats veranderd, gebruikt u een voedingsmiddel van een ander merk?)

Is de doelstelling nog altijd geschikt?

Heeft uw kind een gezondheidsprobleem? (Verkoudheid, pijn, vermoeidheid?)
Was de vaardigheid echt verworven?
Werd de hulp misschien te snel stopgezet?
Werd de bekrachtiging misschien te snel afgebouwd?
Zit uw kind in een opstandige fase?
Gaat het om verveling? (De doelstelling is al lang bereikt en misschien is het tijd om iets anders aan te leren)

Het zou ook kunnen dat uw kind een mindere dag heeft en er daarom niet in slaagt het geleerde uit te voeren. Het gaat dus niet noodzakelijk om regressie. Iedereen heeft wel eens een mindere dag. Kijk nog even de kat uit de boom vóór u zich zorgen begint te maken.