Hoe uw kind belonen?
Wat verstaan we onder bekrachtigen?
Een bekrachtiging is niet gewoon een voorwerp, een snoepje of een activiteit waar uw kind dol op is. Maar, een bekrachtiging is iets dat het gewenste gedrag in de hand zal werken. Een doeltreffende bekrachtiger motiveert uw kind om te proberen en helpt hem om door te zetten.
Voorbeeld
Jean-Marc kleurt graag. Wanneer hij met zijn vinger leert wijzen, doet hij dat nochtans eerder naar de tol dan naar de viltstift. De begeleider leert Jean-Marc eerst wijzen naar de tol omdat dit hem meer motiveert. Voor Jean-Marc is de tol een betere bekrachtiger dan de viltstift.
Verschillende soorten bekrachtigers:
Een primaire bekrachtiging: voedsel, snoepjes, een drankje. |
Een sociale bekrachtiging: een glimlach, een knuffel, felicitaties, de aandacht van mama of papa.
|
Een interessante activiteit: de favoriete activiteiten van het kind (de activiteit waar het vaak en spontaan aan begint).
Voorbeeld: een wandeling maken, muziek beluisteren, naar een film kijken, naar het zwembad gaan, enz. |
Een tussenbekrachtiging: punten, tokens, geld, enz. die het kind kan sparen en die het volgens een vast en door hem gekend tarief kan omruilen tegen andere motiverende zaken.
Voorbeeld: goede punten, gummetjes, smileys, sterretjes, noten, enz.
|
Hoe kiest u een beloning voor uw kind?
- Bekrachtigers moeten een beloning zijn voor het kind. Wat een bekrachtiger is voor het ene kind kan een straf zijn voor het andere.
- Gebruik bekrachtigers die aangepast zijn aan de ontwikkelingsleeftijd van uw kind. Wat een kind als een beloning ervaart, kan veranderen met de tijd (bijvoorbeeld, een kind van 3 jaar vindt het leuk om eendjes in het park te voeren maar vindt dit niet langer leuk wanneer het 10 jaar is).
- Maak gebruik van verschillende bekrachtigers. Hierdoor zal de bekrachtiging haar waarde behouden. Blijf zoeken naar nieuwe bekrachtigers. Kijk naar de voorkeuren en interesses van uw kind. Maak een lijstje met bekrachtigers en bied die allemaal aan aan uw kind. Noteer wat hij er spontaan uithaalt, wat hij niet terug wil geven, wat hij geen blik waardig keurt, wat hij afwijst.
- Maak een selectie van al wat zijn voorkeur wegdroeg en maak een doos met bekrachtigers speciaal voorbehouden bij het oefenen van nieuwe vaardigheden. Opgelet, deze doos is niet voor uw kind bestemd, laat er hem niet vrij in graaien.
- Een bekrachtiger moet niet altijd iets speciaals zijn. Het kan iets zijn dat uw kind ook zo mag doen, bijvoorbeeld naar een lievelingsprogramma kijken of een computerspelletje spelen. Het verschil is dat u nu expliciet de koppeling maakt tussen gewenst gedrag en de bekrachtiger.
- Begin met materiële bekrachtigers (bvb. eten, speelgoed, een strip) en evolueer naar sociale bekrachtigers: geef een complimentje zoals "Goed zo", moedig uw kind aan door bijvoorbeeld te zeggen "Komaan, je kan het".
- Een verrassing of iets nieuws wordt door veel kinderen als zeer aangenaam ervaren. Dit geldt niet noodzakelijk voor kinderen met autisme. Zij zullen soms meer plezier beleven aan wat ze al kennen, aan wat voorspelbaar is.
- Doorgaans wordt aangeraden om sociale bekrachtigers te gebruiken. Om een positief effect te verkrijgen moet het kind met autisme de reacties van de ander voldoende begrijpen. Het kind moet ook voldoende geïnteresseerd zijn in het feit of de ander tevreden is over zijn gedrag.
Hoe gebruikt u bekrachtigers?
- Bekrachtig enkel de successen, zoniet zal uw kind geen onderscheid meer kunnen maken tussen wat van hem wordt verwacht en wat niet.
- Aanvankelijk moet u onmiddellijk na het gewenste gedrag positief bekrachtigen. Uw kind moet zijn gedrag kunnen koppelen aan het positieve gevolg. Bekrachtiging is het meest effectief wanneer het binnen de seconde volgt op het gewenste gedrag.
- Gebruik de sterkste bekrachtigers voor het ‘beste’ gedrag of voor gedrag dat een grote inspanning van het kind vraagt.
- Benoem ook kort wat uw kind goed gedaan heeft zodat hij de koppeling kan maken tussen zijn gedrag en de bekrachtiging. Vermijd echter te lange commentaren.
- Geef de bekrachtiger of de beloning nooit vooraf. Zeg bijvoorbeeld niet: "Je krijgt nu een koekje en dan moet je straks niet huilen als ik zeg dat het tijd is voor je bad".
- Een uitgestelde beloning of bekrachtiging mist soms haar effect. Vooral jonge kinderen met autisme of kinderen met autisme en een verstandelijke beperking kunnen de link tussen de bekrachtiger en gedrag dat zich op een ander moment voordeed niet leggen.
- Maak gebruik van bekrachtiging tijdens de leermomenten. Indien u Sébastien helpt om blokken te stapelen door hem een ballon te geven, zal deze bekrachtiger zijn waarde verliezen indien u hem die ook tijdens zijn vrije tijd geeft (hij zou kunnen denken: "ik heb de ballon, of ik nu blokken stapel of niet").
- Merkt u dat een bepaalde bekrachtiger niet meer werkt, gebruik dan een andere of wissel de bekrachtigers regelmatig af zodat uw kind ze niet beu wordt (afnemen van de motivatie).
- Uw kind moet de bekrachtiger kunnen zien, maar niet zelf kunnen pakken (om te vermijden dat hij hem zelf zou nemen vóór hij klaar is met zijn activiteit).
- Stop de bekrachtiger bijvoorbeeld in een doorzichtige doos en houd die vast of plaats ze ergens in de hoogte vlakbij uw kind.
- Reageert uw kind enkel op koekjes en snoep? Geef dan kleine stukjes, denk ook aan drank, wissel af en oefen dan niet vlak voor of na de maaltijd.
- Wanneer een vaardigheid is aangeleerd, ga dan verder met oefenen terwijl u de bekrachtiging sessie per sessie langzamerhand afbouwt.
Laure, 6 jaar oud
Portret van Laure
Doelstelling: Laure geeft de foto van haar beker wanneer ze dorst heeft.
Belonen: primaire en sociale bekrachtiging.
Laure krijgt (op dat ogenblik) haar favoriete drank. Ze krijgt een glas onmiddellijk nadat ze erom gevraagd heeft en papa zegt hardop om welke drank het gaat.
Mama en papa mogen niet vergeten hun dochter te feliciteren wanneer ze de afbeelding helemaal alleen geeft. Ze krijgt haar drankje in kleine hoeveelheden, zo kunnen er meer leermomenten worden ingebouwd en wordt Laure gestimuleerd om vaker te communiceren.